Uw zoekacties: Burgerlijk Armbestuur

Archiefvormers

beacon
 
 
Archiefvormende instantie
Burgerlijk Armbestuur
Naam archiefvormer:
Burgerlijk Armbestuur
Vestigingsplaats:
Sliedrecht
Onderdeel van:
gemeente Sliedrecht
Opgericht:
01-01-1861. Bron: Overwegingen in het (later vernietigde) gemeenteraadsbesluit van 3 april 1933 tot opheffing van Maatschappelijk Hulpbetoon
Opgeheven:
01-01-1967. Bron: Gemeenteraadsbesluit van 26 september 1966
Ontstaan uit:
Verenigd of gemengd Hervormd Diaconie- en Burgerlijk Armbestuur
Opgegaan in:
n.v.t.
Taken:
- Verlenen van financiële en/of materiële ondersteuning aan behoeftige inwoners die hiervoor op de gemeente zijn aangewezen en overeenkomstig de wettelijke voorschriften.
- (Instelling voor Maatschappelijke Zorg tevens:) Inlichten van en adviseren en doen van voorstellen aan het gemeentebestuur over zaken die tot haar werkterrein behoren.
Nadere informatie:
Burgerlijk Armbestuur

Met ingang van 1 januari 1861 werd in plaats van het gezamenlijk armbestuur door de gemeenteraad het Burgerlijk Armbestuur opgericht. De Diaconie van de Hervormde Gemeente pakte haar oude rol als op zichzelf staand (kerkelijk) armbestuur weer op.
In het bewaard gebleven reglement uit 1869 is geen taakomschrijving opgenomen, maar de taken zullen in essentie niet hebben afgeweken van die van het gezamenlijk armbestuur, zij het dat de bijstandverlening zich zal hebben beperkt tot diegenen die geen aanspraak konden maken op bijstand door het Diaconie-Armbestuur.
Het Burgerlijk Armbestuur bestond uit acht leden, aanvankelijk armmeesters genaamd. Het vergaderde op vastgestelde tijden, en verder zo vaak als de voorzitter of de andere leden dit nodig vonden. Het armbestuur werd ondersteund door een betaalde ontvanger-boekhouder, tevens secretaris (later secretaris-boekhouder genaamd), die met het beheer van de inkomsten en uitgaven en met secretariële taken was belast.
Nadere informatie 2:
In 1904 werd het armbestuur uitgebreid tot tien leden en vanaf 1907 bestond er vanuit het armbestuur een commissie van dagelijks toezicht op het geldelijk beheer en de boekhouding. In 1904 werd het armbestuur uitgebreid tot tien leden; in 1913 verminderd tot zeven leden, waaronder de voorzitter en de secretaris-penningmeester. De (ambtelijke) functie van secretaris-boekhouder is dan vervallen, maar er is inmiddels wel een (ambtelijke) armbezoeker in functie.


Maatschappelijk Hulpbetoon

De naam Burgerlijk Armbestuur werd in 1929 gewijzigd in Maatschappelijk Hulpbetoon.
Het bestuur van deze burgerlijke instelling van weldadigheid was in de jaren hierna zo eigenmachtig gaan optreden dat de gemeenteraad in 1933 een bestuurlijke poging ondernam haar op te heffen; tevergeefs, want gedeputeerde staten en (in hoogste instantie) de Kroon wezen de opheffing om uiteenlopende redenen af.
Het bestuur van Maatschappelijk Hulpbetoon bestond uit zeven, later vijf leden, ondersteund door een ambtenaar-armbezoeker die vanaf 1935 secretaris-penningmeester heette.
Nadere informatie 3:
Gemeentelijke instelling voor Maatschappelijke Zorg

Per 26 oktober 1950 is Maatschappelijk Hulpbetoon omgevormd tot de gemeentelijke instelling voor Maatschappelijke Zorg, bestaande uit zeven bestuursleden met een lid van het college van burgemeester en wethouders (ambtshalve) als voorzitter. Het reglement voor deze gemeentelijke instelling werd in de gemeenteraadsvergadering op 30 januari 1950 vastgesteld. Vier van de vijf, nog zitting hebbende, bestuursleden van Maatschappelijk Hulpbetoon hadden echter bezwaren tegen uitbreiding van vijf naar zeven leden en de aanwijzing van de voorzitter door de gemeenteraad. Zij vroegen daarom ontslag en kregen dat ook.
Het bestuur van de gemeentelijke instelling voor Maatschappelijke Zorg vergaderde tenminste maandelijks en verder zo vaak als de voorzitter of drie leden het nodig vonden.
Eveneens op 30 januari 1950 nam de gemeenteraad het besluit tot oprichting van de (ambtelijke) gemeentelijke Dienst voor Sociale Zorg, waarin de afdeling Sociale Zaken van de gemeentesecretarie opging en met welke dienst de (niet-ambtelijke, autonome) gemeentelijke instelling voor Maatschappelijke Zorg vanaf haar oprichting nauw samenwerkte.
Door het inwerkingtreden van de Algemene Bijstandswet ingaande 1 januari 1965 vervielen de taken van alle burgerlijke en gemengde instellingen van weldadigheid en werd de gemeentelijke instelling voor Maatschappelijke Zorg vervolgens ingaande 1 januari 1967 opgeheven.
 
 
 

Deze website maakt gebruik van cookies en daarmee vergelijkbare technieken om een optimale gebruikerservaring te bieden. Je kunt je voorkeuren aanpassen.

Deze cookies zorgen ervoor dat de website naar behoren werkt. Deze cookies kunnen niet uitgezet worden.
Deze cookies zorgen ervoor dat we het gebruik van de website kunnen meten en verbeteringen door kunnen voeren.
Deze cookies kunnen geplaatst worden door derde partijen, zoals YouTube of Vimeo.
Deze cookie stellen onze advertentiepartners in staat om doelgerichter informatie te kunnen aanbieden.

Door categorieën uit te zetten, kan het voorkomen dat gerelateerde functionaliteiten binnen de website niet langer correct werken. Het is altijd mogelijk om op een later moment de voorkeuren aan te passen.