In 1942 werd de Hollandse Maatschappij van Landbouw in Den Haag op gezag van de Duitse Bezetting geliquideerd. Zij had onder meer de Landbouwhuishoudschool in Giessen-Oudekerk (gemeente Giessendam) onder haar beheer. Op verzoek van het Departement van Opvoeding, Wetenschap en Cultuur-bescherming in Den Haag was de gemeente Giessendam - bij monde van de burgemeester van Giessendam, de enig overgebleven plaatselijke bestuurder tijdens de Bezetting – bereid het beheer van de school over te nemen. De feitelijke ingangsdatum was 1 oktober 1942.
De school gebruikte een gebouw met een bijgebouwtje en tuintjes, die gehuurd werden van de Vereniging tot stichting en instandhouding van Scholen met de Bijbel te Giessen-Nieuwkerk en omstreken. Die vereniging was bereid dit onroerend goed onder dezelfde voorwaarden aan de gemeente te verhuren.
Er werkten drie leerkrachten op school en het leerplan van de tweejarige opleiding aan meisjes bevatte praktische en theoretische vakken: koken, huishoudelijk werk, wasbehandeling, naaldvakken, lager onderwijs, land- en tuinbouw.

Na de Bevrijding werd het beheer van de Landbouwhuishoudschool in Giessen-Oudekerk weer overgedragen aan de Hollandsche Maatschappij van Landbouw in Den Haag: met ingang van 1 september 1945.
Wel bleef het gemeentebestuur aan de school verbonden, vanwege de subsidie die het ten behoeve van de school verstrekte. De gemeenteraad had het recht twee gedelegeerden in de Commissie van Toezicht van de school te benoemen. Dit recht ging met ingang van 1 januari 1957 over naar de nieuw gevormde gemeente Giessenburg, waartoe ook Giessen-Oudekerk gingen behoren.
Uit het archief van de gemeente Giessenburg blijkt niet tot hoelang het recht van delegatie heeft voortbestaan c.q. wanneer de Landbouwhuishoudschool is opgeheven of is opgegaan in een andere schoolvorm.