Tot aan de totstandkoming van de eerste Gemeentewet in 1851 kenden de steden en dorpen een ambtelijke functionaris, stadsontvanger resp. ontvanger genaamd, die belast was met de invordering van alle inkomsten en ontvangsten en het betalen van op de begroting voorkomende uitgaven. Als gevolg van deze wet werd hij voortaan overal aangeduid als gemeenteontvanger. Zo ook in de voormalige gemeenten Hardinxveld en Giessendam.
De gemeenteontvanger stond hiërarchisch niet onder de gemeentesecretaris, maar werkte op eigen gezag en verantwoordelijkheid.

In het aan het Regionaal Archief Dordrecht overgedragen archief van de voormalige gemeente Giessendam zit een instructie uit 1819 voor de ontvanger van de gemeente Giessendam en Giessen-Oudekerk. Uit dit archief blijkt dat de gemeenteontvanger van Giessendam ook administrateur was van het Waterbedrijf aldaar.

De op 1 januari 1957 ontstane nieuwe gemeente Hardinxveld-Giessendam kende uiteraard ook de functie van gemeenteontvanger, als voortzetting van die functie in de opgeheven gemeenten Hardinxveld en Giessendam.

Vanwege gewijzigde financiële wetgeving verviel in de loop van de vorige eeuw in alle gemeenten de functie van gemeenteontvanger en werd deze opgevolgd door een of meer comptabele ambtenaren. In Hardinxveld-Giessendam gebeurde dat per 1 januari 1970 door de benoeming van de comptabele, alsook een kassier die onder toezicht van de comptabele zelfstandig belast is en verantwoordelijk voor het kasbeheer.