Met ingang van 1 maart 1921 werd op grond van de Lager-Onderwijswet 1920 de commissie van toezicht op het lager onderwijs (schoolcommissie) in de gemeente Goudriaan opgericht.
De commissie bestond uit vijf leden die voor een termijn van vijf jaar door de gemeenteraad werden benoemd. Uit haar midden werd de voorzitter en de secretaris gekozen. De commissie vergaderde tenminste eenmaal per maand en verder zo dikwijls als nodig was.

De wijziging van de Lager-Onderwijswet in 1936 bood de gemeenteraad voortaan de vrijheid al of niet een commissie van toezicht op het lager onderwijs in te stellen. De gemeenteraad van Goudriaan vond, gelet op de inhoud van de jaarverslagen van de commissie, het voortbestaan van de commissie van toezicht op het lager onderwijs niet langer nodig en hief haar daarom met ingang van 1 juli 1936 op.