Tot aan de totstandkoming van de eerste Gemeentewet in 1851 kenden de steden en dorpen een ambtelijke functionaris, stadsontvanger resp. ontvanger genaamd, die belast was met de invordering van alle inkomsten en ontvangsten en het betalen van de uitgaven. Als gevolg van deze wet werd hij voortaan overal aangeduid als gemeenteontvanger. Zo ook in de 19e-eeuwse gemeente Goidschalxoord.
De gemeenteontvanger stond hiërarchisch niet onder de gemeentesecretaris, maar werkte op eigen gezag en verantwoordelijkheid; met inachtneming van zijn instructie. Uit die bewaard gebleven instructie uit 1819 blijkt niet of hij werd geassisteerd door een of meer medewerkers, maar - gelet op de geringe grootte van de gemeente Goidschalxoord - lijkt dat niet waarschijnlijk.

In 1855 werd Goidschalxoord bij de gemeente Heinenoord gevoegd en daarmee verviel ook de afzonderlijke functie van gemeenteontvanger van Goidschalxoord.