Emanuel Hamburger woont in de Christiaan de Wetstraat. Als hij in 1941 wordt gedwongen om ontslag te nemen omdat hij Joods is, duikt hij onder. Hij gaat in het verzet, maar wordt gearresteerd. Emanuel wordt in 1945 gefusilleerd.
Emanuel is leraar aan de Dordtse HBS, meester in de rechten, voorzitter van de Sociaal-Democratische Arbeiderspartij in Dordrecht en lid van de Provinciale Staten.
Tijdens zijn onderduikperiode biedt hij hulp aan onderduikers en helpt hij mee met de verspreiding van illegale kranten.
Nota bene is het een oud-leerling die voor de Sicherheitsdienst werkt die hem verraadt. Op 6 december 1944 wordt Emanuel overgebracht naar het Oranjehotel in Scheveningen. Hij wordt op 18 februari 1945 op de Blaaksedijk in Heinenoord om het leven gebracht, als represaille voor een aanslag op de NSB-burgemeester van Nieuw-Beijerland.