95 Kamers van Arbeid in Dordrecht
95
Kamers van Arbeid in Dordrecht
Aanwijzingen voor de gebruiker
laatste wijziging 05-02-2024
72 beschreven archiefstukken
Inventaris
1. Kamer van Arbeid voor de voedings- en genotmiddelen
95 Kamers van Arbeid in Dordrecht
Inventaris
1.
Kamer van Arbeid voor de voedings- en genotmiddelen
laatste wijziging 21-03-2017
In het jaar 1894 werd in Dordrecht door afgevaardigden van een aantal patroons- en werkliedenverenigingen een Arbeidsraad opgericht. De bedoeling hiervan was, dat bij geschillen tussen werkgevers en werknemers de bemiddeling van deze raad zou kunnen worden ingeroepen. Omdat na het in werking treden van de van overheidswege opgerichte Kamers van arbeid zijn taak overbodig werd, werd deze plaatselijke Arbeidsraad in 1898 opgeheven. De mogelijkheid tot het oprichten van Kamers van arbeid werd geopend in 1897, toen onder het kabinet Roëll - Van Houten een wet op de Kamers van arbeid tot stand kwam (Wet van 2 mei 1897). Het doel van de Kamers van arbeid was het behartigen van de belangen van zowel werkgevers als werknemers.
Bij Koninklijk besluit van 11 juni 1898 werden in Dordrecht Kamers van arbeid voor twee branches opgericht. Eén voor de voedings- en genotmiddelen en één voor de bouw- en aanverwante bedrijven. Beide Kamers bestonden uit tien leden, samengesteld uit een gelijk aantal patroons en werklieden. Het gebied, waarover de Dordtse Kamers zeggenschap hadden, strekte zich uit over de gemeenten Dordrecht, Zwijndrecht en Dubbeldam. Evenals elders in den lande bleken ook in Dordrecht de Kamers van arbeid niet geheel aan hun doel te beantwoorden.
In plaats van dat zij collectieve arbeidsgeschillen te behandelen kregen, kwam het er in de praktijk op neer, dat de hulp van de Kamers bijna uitsluitend werd ingeroepen door werknemers in geval van moeilijkheden op het gebied van loon en ontslag. De Kamers konden echter door hun beperkte bevoegdheid slechts weinig bereiken en ze werden dan ook spoedig overvleugeld door de in deze periode sterk opkomende vakverenigingen, die met haar specialisten en bedrijfsgewijze organisatie niet aan een bepaald territoir waren gebonden. Met ingang van 1 januari 1923 werden de Kamers van arbeid in Nederland opgeheven. De beide Dordtse Kamers hebben dus nog geen 25 jaar bestaan. Volgens een circulaire van 12 december 1922 moesten de archieven van de Kamers van arbeid na de opheffing worden gedeponeerd bij het ministerie van Arbeid te 's-Gravenhage aan welk voorschrift door de secretarissen van de Dordtse Kamers blijkbaar is voldaan. Of echter alle onder hen berustende archiefstukken werden verzonden, valt te betwijfelen.
laatste wijziging 05-02-2024
72 beschreven archiefstukken
Kenmerken
Datering:
1894 - 1923
Auteur:
A.J. Busch (1964)
Omvang:
0,63 meter
Licentie:
Titel inventaris:
Kamers van Arbeid in Dordrecht
Categorie:
laatste wijziging 05-02-2024
72 beschreven archiefstukken