
Dit portret van Mendu Karapinar is gemaakt bij een onderzoek van het Regionaal Archief Dordrecht naar de achtergrond van de Turkse bewoners van Dordrecht.
De verhuizing van Turken naar Dordrecht komt in 1967 op gang. Gastarbeiders uit andere landen (Spanje, Italië en Griekenland) gingen hen voor, maar al gauw neemt het aantal Turken zo toe, dat zij in 1973 met zo’n 1000 personen de grootste groep vormen. Dat de toestroom vanuit Turkije zo massaal is, heeft te maken met de slechte economische situatie in Turkije zelf. Aanvankelijk komen vooral geschoolde arbeiders uit de steden, later gevolgd door ongeschoolde arbeiders van het platteland.
De Dordtse groep is voornamelijk afkomstig uit een klein gebied in centraal Anatolië, met name uit het dorp Kayapinar. Zoals de meeste immigranten in die tijd hebben zij in eerste instantie helemaal niet de bedoeling om voorgoed te blijven. Vooral jonge mannen, meestal tussen de 20 en 30 jaar, gaan het grote avontuur aan, in de verwachting dat ze na een aantal jaren, als ze voldoende gespaard hebben, zullen terugkeren. Pas veel later wordt hen duidelijk dat terugkeer moeilijk zal zijn: het leven in Nederland is duur, zodat ze onvoldoende kunnen sparen en de economische situatie in Turkije blijft weinig perspectief bieden. Gezinnen worden daarom naar Dordrecht gehaald, maar het contact met de familieleden in Kayapinar blijft ook intact.
De vele gurbetçi, zoals mensen die naar het buitenland vertrekken genoemd worden, houden een sterke emotionele band met Kayapinar. Zo betalen ze mee aan voorzieningen waarvan zij zelf ook profijt hebben, als ze in de zomermaanden massaal naar ‘hun’ dorp terugkeren. Een ambulance, een minibus, vrachtwagens, graafmachines en een mobiel mortuarium worden op die manier aangeschaft, maar ook primaire voorzieningen worden zo bekostigd, zoals de aanleg van riolering.
Het Regionaal Archief Dordrecht bewaart de geschiedenis van Dordrecht en zijn inwoners. In het voorjaar van 2001 vertrekt dan ook een groep onderzoekers naar Kayapinar om het dagelijks leven in het dorp, de invloed van de migratie en de rol van de gurbetçi in de lokale samenleving vast te leggen. Daarvoor worden met ongeveer 50 mensen interviews gehouden. De fotograaf Ahmet Polat krijgt de opdracht om het leven van alledag vast te leggen. Zo worden Dordtse nakomelingen van Turkse migranten in staat gesteld te achterhalen waar ze vandaan komen. Het resultaat is onder andere deze foto, waarop Menduh Karapinar, een van de dorpsoudsten, staat afgebeeld.
Teun de Bruijn