Uw zoekacties: Polder 'Nieuw-Bonaventura, Mookhoek en Trekdam'

769 Polder 'Nieuw-Bonaventura, Mookhoek en Trekdam'

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Aanwijzingen voor de gebruiker
Openbaarheidsbeperkingen
Beperkingen aan het gebruik
Andere toegangen
Aanvraaginstructie
Citeerinstructie
Inleiding
1. Ontstaansgeschiedenis van de polder
2. Bestuurssamenstelling
769 Polder 'Nieuw-Bonaventura, Mookhoek en Trekdam'
Inleiding
2.
Bestuurssamenstelling
In het Generaal Akkoord, zoals opgenomen in inventarisno. 886, is tevens de samenstelling van het bestuur na de bedijking vastgesteld. Besloten is dat het college zal bestaan uit een dijkgraaf en elf heemraden welke elk echter negen stemmen vertegenwoordigen.

Vijf wegens Bonaventura, te weten:
-Jacob Cool, oud-burgemeester van Dordrecht en dijkgraaf van de Alblasserwaard;
-Cornelis van Scharlaecken, dijkgraaf van Moerkerkenland;
-Cornelis de Vries, oud-thesaurier van Dordrecht en heemraad van Zwijndrecht;
-Cornelis van Nispen, baljuw en dijkgraaf van Woudrichem en van het land van Altena;
-Jonkheer Abraham van Almonde.

Twee, met samen één stem wegens het Oudeland van Strijen, te weten:
-Cornelis van Bleijenburch Heymansz., dijkgraaf van Oud-Strijen;
-Bartholomeus Symonsen, waarsman van Oud-Strijen.

Eén wegens de Ambachtsheerlijkheid Puttershoek, te weten:
-Mr. Johan van Muylwyck, dijkgraaf van het Noord-Zomerland.

Twee, met samen één stem wegens den Brouck, te weten:
-Cornelis van Mierop, ontvanger-generaal van Holland;
-Jan Bouquet, dijkgraaf van Riederwaard.

Eén wegens de Graaflijkheid, te weten:
-Willem van Beveren, rentmeester-generaal van Zuijtholland.

Voorts werd Damas Baerthouts Woutersz., ambachtsheer van Sandeling en dijkgraaf van Zwijndrecht benoemd tot penningmeester. Daarnaast dienden een secretaris en twee schrijvers te worden aangesteld, overigens behorende tot de bevoegdheid van het college van dijkgraaf en heemraden van de dijkagie.
Zoals uit het vorenstaande blijkt was men er nog niet in geslaagd een dijkgraaf te benoemen. Dit had echter ook nog al wat voeten in de aarde, daar men de eerste kandidaat, te weten Willem van Drenckwaert, Heer van Giessenburg, niet tegemoet kon komen in diens extreme hoge eisen.
In plaats van een som geld voor de overigens zware taak, eiste hij van elke sestien morgen 2 hont land en na afloop van het werk een “vereeringe van een vergulden cop of kettingh van driehonderd gulden”.
Men dient in dit verband te weten , dat en hont een zesde deel van een morgen is en derhalve honders roeden. Men vond het totaal aan grond hetgeen 45 morgen zou omvatten te veel geëist.

Ondertussen was door de penningmeester reeds contact opgenomen met Dirck Hendricxsen, rentmeester van Vossemeer. Die verkeerde echter in een slechte gezondheidstoestand. Toch heeft hij zich laten overhalen de moeilijke taak op zich te nemen, tegen een vergoeding van twee duizend gulden, alsmede 24 stuivers per dag voor kost en vrije schuitvracht, paard- en wagenhuur.
Hierop werd door de heemraad weer gereageerd door het indienen van bezwaren tegen hun “sobere” toegekende bezoldiging, alsmede aan de gevaren waaraan zij gedurende de bedijking zouden zijn blootgesteld. Tijdens de beëdigingsbijeenkomst op 21 mei 1591 werden echter de bezwaren weggenomen en kon de beëdiging plaatsvinden *  .
3. Waterkeringen
4. Bemaling van de polder
5. Wegenbeheer
6. Archiefbeheer en inventarisatie
7. Opheffing

Kenmerken

Datering:
1527 - 1974
Auteur:
G. Timmerman (2001)
Titel inventaris:
Polder 'Nieuw-Bonaventura, Mookhoek en Trekdam'
 
 
 

Deze website maakt gebruik van cookies en daarmee vergelijkbare technieken om een optimale gebruikerservaring te bieden. Je kunt je voorkeuren aanpassen.

Deze cookies zorgen ervoor dat de website naar behoren werkt. Deze cookies kunnen niet uitgezet worden.
Deze cookies zorgen ervoor dat we het gebruik van de website kunnen meten en verbeteringen door kunnen voeren.
Deze cookies kunnen geplaatst worden door derde partijen, zoals YouTube of Vimeo.
Deze cookie stellen onze advertentiepartners in staat om doelgerichter informatie te kunnen aanbieden.

Door categorieën uit te zetten, kan het voorkomen dat gerelateerde functionaliteiten binnen de website niet langer correct werken. Het is altijd mogelijk om op een later moment de voorkeuren aan te passen.