756 Polder 'Cromstrijen'
756
Polder 'Cromstrijen'
Aanwijzingen voor de gebruiker
laatste wijziging 05-02-2024
944 beschreven archiefstukken
Inleiding
2. Inleiding door P. Ernsting
2.4. Reglementering
756 Polder 'Cromstrijen'
Inleiding
2. Inleiding door P. Ernsting
2.4.
Reglementering
laatste wijziging 27-02-2015
In 1857 werd door Provinciale Staten van Zuid-Holland bij besluit van 6 november 1857 no. II voor elk van de polders Nieuw-Cromstrijen, Klein-Cromstrijen, Groot-Cromstrijen en Numanspolder een Bijzonder Reglement vastgesteld.
Dit besluit werd goedgekeurd bij Koninklijk Besluit van 4 januari 1858 no. 40.
Het bestuur werd in de reglementen, evenals tot dusver het geval was, opgedragen aan een dijkgraaf en voor Nieuw-, Klein- en Groot-Cromstrijen elk aan 2 heemraden en voor Numanspolder aan 4 heemraden.
In dezelfde zitting van 1857 stelden Provinciale Staten van Zuid-Holland bij besluit van 10 november no. V drie reglementen tot regeling van de gemeenschappelijke uitwateringsbelangen vast. De grondslag voor deze drie reglementen werd gevormd door de bovengenoemde overeenkomsten van 1628 en 1643. Deze drie reglementen waren:
a. Reglement tot regeling der belangen van het gemeenschappelijk onderhoud der havendammen in Cromstrijen (de dammen aan de monden der havens van Numansdorp en Schuring). Het beheer over en de regeling van dit gemeenschappelijk onderhoud berustte bij de gezamenlijke besturen der betrokken polders en een daartoe gecommitteerd Ambachtsheer-Grondeigenaar van Cromstrijen. Het onmiddellijk toezicht en het dagelijks beheer was in handen van de dijkgraven der polders en de gecommitteerde Ambachtsheer-Grondeigenaar als voorzitter. Als secretaris en penningmeester fungeerden die van de Numanspolder.
b. Reglement tot regeling der belangen van de Gemeenschappelijke Uitwatering der polders Nieuw-Cromstrijen, Klein-Cromstrijen, Groot-Cromstrijen en Numanspolder (de Grote Uitwatering). Het beheer over en de regeling van de uitwatering berustte bij de gezamenlijke besturen der 4 polders. De dijkgraven van de polders hadden het onmiddellijk toezicht en het dagelijks beheer, waarbij de dijkgraaf van de Numanspolder als voorzitter fungeerde. Secretaris en penningmeester waren die van de Numanspolder.
c. Reglement tot regeling der belangen van de Gemeenschappelijke Uitwatering der polders Nieuw-Cromstrijen, Klein-Cromstrijen en Groot-Cromstrijen (de Kleine Uitwatering). Het beheer over en de regeling van deze uitwatering berustte bij de gezamenlijke besturen. De dijkgraven van de 3 polders hadden het onmiddellijk toezicht en het dagelijks beheer. De dijkgraaf van Groot-Cromstrijen diende hierbij als voorzitter, terwijl de secretaris en penningmeester moesten worden benoemd door de gezamenlijke besturen.
a. Reglement tot regeling der belangen van het gemeenschappelijk onderhoud der havendammen in Cromstrijen (de dammen aan de monden der havens van Numansdorp en Schuring). Het beheer over en de regeling van dit gemeenschappelijk onderhoud berustte bij de gezamenlijke besturen der betrokken polders en een daartoe gecommitteerd Ambachtsheer-Grondeigenaar van Cromstrijen. Het onmiddellijk toezicht en het dagelijks beheer was in handen van de dijkgraven der polders en de gecommitteerde Ambachtsheer-Grondeigenaar als voorzitter. Als secretaris en penningmeester fungeerden die van de Numanspolder.
b. Reglement tot regeling der belangen van de Gemeenschappelijke Uitwatering der polders Nieuw-Cromstrijen, Klein-Cromstrijen, Groot-Cromstrijen en Numanspolder (de Grote Uitwatering). Het beheer over en de regeling van de uitwatering berustte bij de gezamenlijke besturen der 4 polders. De dijkgraven van de polders hadden het onmiddellijk toezicht en het dagelijks beheer, waarbij de dijkgraaf van de Numanspolder als voorzitter fungeerde. Secretaris en penningmeester waren die van de Numanspolder.
c. Reglement tot regeling der belangen van de Gemeenschappelijke Uitwatering der polders Nieuw-Cromstrijen, Klein-Cromstrijen en Groot-Cromstrijen (de Kleine Uitwatering). Het beheer over en de regeling van deze uitwatering berustte bij de gezamenlijke besturen. De dijkgraven van de 3 polders hadden het onmiddellijk toezicht en het dagelijks beheer. De dijkgraaf van Groot-Cromstrijen diende hierbij als voorzitter, terwijl de secretaris en penningmeester moesten worden benoemd door de gezamenlijke besturen.
laatste wijziging 05-02-2024
944 beschreven archiefstukken
Inventaris
laatste wijziging 05-02-2024
944 beschreven archiefstukken
Kenmerken
Datering:
1602 - 1974
Auteur:
G. Timmerman (1996)
Licentie:
Titel inventaris:
Polder 'Cromstrijen'
Categorie:
laatste wijziging 05-02-2024
944 beschreven archiefstukken