In 1922 ging de Woningbouwvereniging "Beter Wonen" over tot de bouw van een winkelhuis met een woning in de Molenpolder. Van het plan daaraan een badhuis te verbinden, werd toen afgezien.

In 1949 ging de realisering van een badhuis wel door. Toen werd het voormalige Raadhuis aan het Bosch bestemd als gemeentelijk badhuis en als zodanig ingericht. Er kwam een badmeester te werken, die vanwege de grote publieke belangstelling al een maand na de opening assistentie kreeg.
Het badhuis was vier dagen per week open en bood de mogelijkheid voor een kuip- of een douchebad. De tarieven varieerden van fl. 0,15 tot fl. 0,40 per keer, al naar gelang het soort bad en de leeftijd. Een abonnement voor 10 baden was ook mogelijk. Het personeel van Gemeentewerken mocht eenmaal per week gratis douchen. In 1966/1967 hebben ook militairen van de Merwedekazerne in Papendrecht van het badhuis gebruik kunnen maken.

Het gemeentelijk badhuis heeft jarenlang een nuttige functie gehad in het belang van de hygiëne en de gezondheid. In de loop van de jaren kregen steeds meer woningen eigen mogelijkheden om te douchen of te baden en nam de belangstelling voor het badhuis navenant af. Het laatste in het aan het Regionaal Archief Dordrecht overgedragen archief van de gemeente Papendrecht opgenomen jaarverslag van het badhuis dateert van 1966. Hoewel in het archief geen opheffingsbesluit is aangetroffen, mag worden aangenomen dat het badhuis in de loop van 1967 is gesloten.