In de overbruggingsregeling 1949 en de Sociale Bijstandsregeling 1950, vooruitlopend op de invoering van de nieuwe Werkloosheidswet in 1952, werd voorgeschreven dat er een plaatselijke commissie voor sociale bijstand en een plaatselijke revisie-instantie moest komen.

De plaatselijke commissie voor sociale bijstand in Nieuw-Lekkerland was echter al eerder, in 1947, ingesteld. De commissie voor sociale bijstand bestond uit drie door het college van burgemeester en wethouders aangewezen leden: een vertegenwoordiger van het Rijksconsulentschap voor sociale bijstand, tevens voorzitter; een vertegenwoordiger van het Gewestelijk Arbeidsbureau te Sliedrecht; en een gemeenteambtenaar van Nieuw-Lekkerland.

In 1950 werd daarnaast de plaatselijke revisie-instantie terzake de Ovebruggings- en Sociale Bijstandsregeling ingesteld. Deze revisie-instantie bestond uit vijf door het college van burgemeester en wethouders aangewezen leden: een lid van het gemeentebestuur als voorzitter; een vertegenwoordiger van het Ministerie van Sociale Zaken; een vertegenwoordiger van het Gewestelijk Arbeidsbureau te Dordrecht, bijkantoor Slikkerveer; en een vertegenwoordiger van zowel de vakbonden CNV als NVV. Een gemeenteambtenaar fungeerde als secretaris.

Over de taakafbakening tussen beide plaatselijke organen geeft het aan het Regionaal Archief Dordrecht overgedragen archief van de gemeente Nieuw-Lekkerland geen uitsluitsel. Evenmin wanneer beide organen zijn opgeheven en waardoor ze eventueel zijn opgevolgd.